Vandaag de dag is Sjawoe’ot waarschijnlijk niet de meest bekende Joodse feestdag die er is. Toch was het als onderdeel van de drie pelgrimsfeestdagen waarop Joden naar de tempel kwamen om te offeren, de sjalosj regaliem, oorspronkelijk een van de allerbelangrijkste onder de Joodse feestdagen. Hoe de feestdag in de loop der tijd veranderde en hoe deze feestdag vandaag de dag wordt gevierd lees je hier.
Sjawoe’ot is het Hebreeuwse woord voor weken. Het slaat op de zeven weken tussen Pesach en de volgende feestdag, je raadt het al, Sjawoe’ot. De Tora kent een heel aantal namen voor deze feestdag. Chag ha-Katzir, het oogstfeest is er een van, maar we zien ook Chag ha-Biekoeriem, het feest van de eerste vruchten. Deze andere namen geven een betere indicatie van waar dit feest over gaat dan de naam Sjawoe’ot, dit feest is oorspronkelijk namelijk een landbouwfeest. Sjawoe’ot is het moment in het jaar dat de tarwe klaar was met groeien, en dus geoogst moest worden. De verbinding met Pesach is dan ook niet zomaar: terwijl tijdens Pesach de gerst klaar was met groeien, duurt het iets langer (zeg, een week of zeven) totdat de tarwe ook klaar is om geoogst te worden. Een deel van de geoogste tarwe werd vervolgens als teken van dank aan G’d geofferd in de tempel in Jeruzalem.
Je kan je misschien voorstellen dat wanneer in het jaar 70 de tempel wordt verwoest door de Romeinen Sjawoe’ot opeens niet meer zo relevant bleek te zijn. De oude rabbijnen zouden de oude rabbijnen niet zijn als zij niet een nieuwe betekenis aan deze feestdag zouden geven. Deze rabbijnen bedachten dat Sjawoe’ot naast de hierboven genoemde betekenis ook het moment in de geschiedenis markeert waarop het Joodse volk de Tora en de tien geboden ontving op de berg Sinaï. Waanzinnig slim natuurlijk, want op deze manier werd de verbinding met Pesach behouden: Pesach markeert het moment waarop het Joodse volk wordt bevrijd uit Egyptische slavernij en de woestijn in trekt waar zij enige tijd later de tien geboden en de Tora zouden ontvangen. Het is het volgende in het verhaal, waar het Joodse volk de wetten en regels krijgt die hen als volk zou onderscheiden van de andere volkeren.
Als je al eens van deze feestdag gehoord hebt, dan is dat waarschijnlijk vanwege de tikoen leil sjawoe’ot (of vanwege de cheesecake, maar daar komen we zo op). De tikoen leil sjawoe’ot is de manier waarop Sjawoe’ot tegenwoordig vaak gevierd wordt. Tijdens de eerste nacht van Sjawoe’ot blijven mensen de hele nacht wakker om samen Tora te leren, een manier om te vieren dat het Joodse volk de Tora op deze dag ontving. Tegenwoordig kun je dit soort leernachten (of avonden, op een gegeven moment is de lol er toch wel van af) in allerlei soorten en maten vinden. Van de meer traditionele waar echt oude religieuze teksten geleerd worden tot modernere waar meer aandacht is voor Joodse geschiedenis, filosofie, lifestyle of actuele thema’s en alles er tussenin natuurlijk.
Dit gebruik om de hele nacht samen te leren komt voort uit de mystiek-Joodse traditie, de kabbala. Het woord tikoen betekent repareren en door de hele nacht samen te leren wilden deze Joodse mystici een fout van het Joodse volk uit het verleden repareren. Er bestaat namelijk een midrasj (Sjier Hasjieriem 2:1 voor degenen die hun Aramees willen bijspijkeren) waarin wordt verteld dat het Joodse volk zich had verslapen toen Mozes de stenen tafelen had ontvangen op de berg Sinaï. Zie je het voor je? Terwijl een van de belangrijkste gebeurtenissen in de geschiedenis van je volk zich voor je neus aan het voltrekken is, lig je samen met al je vrienden rustig een dutje te doen. Door op te blijven en Tora te leren laat je als het ware zien dat je er klaar voor bent om de Tora te ontvangen, ook vandaag en op dit moment. Want dat ontvangen van de Tora is misschien wel iets waar iemand zijn hele leven mee bezig is, telkens weer opnieuw.
Traditioneel gezien wordt de tekst uit Tora, waarin de tien geboden voorkomen, gelezen tijdens de dienst in de synagoge tijdens Sjawoe’ot en ook tijdens de meer traditionele tikoen leil sjawoe’ot zijn deze teksten vaak favoriet. Op zich niet zo verwonderlijk, de tien geboden vormen immers de basis voor de Joodse ethiek. Het Jodendom kent 613 ge- en verboden, maar de tien geboden zijn misschien wel de belangrijkste basisregels. Maar ook het moderne westerse denken is gevormd door het concept van de tien geboden, natuurlijk ook vanwege de dominantie van het christelijke denken in de westerse wereld. Tien geboden is simpelweg synoniem geworden voor een set aan basisregels. Niemand kijkt raar op wanneer je een boek publiceert met als titel “De tien geboden voor de advocaat-stagiair” of wanneer je op internet de 10 geboden voor daten als single ouder tegenkomt. Dat de tien geboden, ook de originele, nog steeds relevant zijn voor veel mensen bewijst ook dagblad Trouw, dat een rubriek heeft waarin de tien geboden aan bekende Nederlanders worden voorgelegd, die daar vervolgens hun mening over geven.
Een andere tekst die veel gelezen wordt tijdens Sjawoe’ot is het boek Ruth. Ruth was een Moabitische vrouw die zich tot het Jodendom bekeert en later de moeder van koning David wordt. Het vrijwillig accepteren van het Jodendom is één van de verklaringen die ervoor wordt gegeven dat we dit boek lezen tijdens Sjawoe’ot: net als dat het Joodse volk de Tora accepteerde, deed Ruth dat ook.
Meer weten over het verhaal? Check deze mini-musical van vier minuten over Ruth.
Binnen de zionistische beweging is juist weer teruggegrepen op de oude betekenis van de feestdag, omdat die beter bij de zionistische ideologie paste. De vroege zionisten waren helemaal niet religieus, het leren van Tora zal velen niet hebben aangesproken. Landbouw was daarentegen iets waar de vroege zionisten veelvuldig mee bezig waren. Niet alleen vanuit praktisch oogpunt, de kibboetsiem waren landbouwgemeenschappen die voor de voedselproductie van de jonge staat moesten zorgen, maar ook vanuit een meer ideologische benadering. Door het land te bewerken zou het Joodse volk zijn verbinding met het land weer terugkrijgen, en zou van de oude Jood uit de getto’s die geen fysieke beroepen uitoefende een nieuwe sterke Jood maken die wist hoe hij het land kon bewerken en zichzelf kon verdedigen. Sjawoe’ot werd dan dus ook in ere hersteld in lijn met de oude betekenis. Er werden optochten door de kibboets georganiseerd met tractoren waarbij de oogst werd laten zien, en waar veel ruimte was voor zang en dans.
Niet alleen voor de bibliofiele, maar ook voor de gastronomische Jood is Sjawoe’ot een prettige feestdag. Het is namelijk goed gebruik om tijdens deze feestdag veel zuivelproducten te eten. Denk aan fancy kaas en wijnproeverijen en kaaspannenkoeken, maar toch zeker ook aan cheesecake, het gerecht waar Sjawoe’ot veel mee geassocieerd wordt. Eén van de verklaringen voor dit gebruik heeft te maken met het ontvangen van de Tora. In die Tora staan namelijk allerlei regels die te maken hebben met kasjroet, met wat wel en niet koosjer en dus geoorloofd is om te eten. Een deel van die regels gaan over vlees, dat volgens die regels niet alleen van maar een bepaald dier afkomstig mag zijn, maar ook op een bepaalde manier geslacht moet worden. Een door de woestijn rondtrekkende Jood die vlak voor aankomst bij de berg Sinaï even flink had ingeslagen om een leuke barbecue te organiseren kon dus mooi zijn hele vleesvoorraad weggooien, dat mocht ineens niet meer gegeten worden. Melkproducten konden gelukkig nog wel gegeten worden, en daarom eten we die vandaag de dag nog steeds.
Al zin gekregen in een overheerlijk stukje cheesecake? Nigella Lawson legt je graag uit hoe je die maakt:
De verbinding die de oude rabbijnen maakten tussen de oude betekenis van Sjawoe’ot, die van landbouw en het oogsten van de tarwe, en de nieuwe betekenis, die van het leren van Tora, lijkt voor ons misschien een beetje willekeurig. Maar voor de rabbijnen was dat het zeker niet, die twee betekenissen hebben in hun ogen namelijk alles met elkaar te maken. In Pirke Avot (de spreuken der vaderen) staat de zin iem ein kemach ein Torah, iem ein Torah ein kemach, zonder meel is er geen Tora, zonder Tora is er geen meel. Het woord kemach, meel, staat hier symbool voor voeding of levensonderhoud in het algemeen. Volgens de rabbijnen kan het een blijkbaar niet zonder het ander. Fysiek en mentaal presteren kan niet zonder goede voeding. Dat de juiste voeding van invloed is op de psychische gesteldheid van mensen is door de moderne wetenschap natuurlijk allang bewezen. De juiste voeding kan bijvoorbeeld helpen tegen depressies. Dat die twee, lichaam en geest, met elkaar te maken hebben wisten de oude rabbijnen blijkbaar ook al. Sjawoe’ot gaat dus ook over het belang van voeding voor een goede geest en andersom, over de balans tussen het fysieke en het spirituele. Het een kan niet zonder het ander, en we moeten ervoor zorgen dat het in evenwicht is. Een stukje cheesecake na een uurtje leren is dus helemaal niet zo een gek idee.