Hoi Yora. Op 29 juli ben jij de moderator van ‘De Roze Nesjomme’. Maar wat doe je verder eigenlijk allemaal
Ik ben cabaretière, actrice en tv-maker. Ik heb in het verleden onder andere Rambam gemaakt en gepresenteerd, maar ik heb ook gepresenteerd voor radio 2 en veel in het theater gestaan. Op het moment maak ik een documentaire over LHBT’ers op orthodox-religieuze scholen. “Ik deed aangifte tegen de minister van Onderwijs” is de titel. De docu wordt nu gemonteerd en is begin augustus te zien op TV.
In november van het afgelopen jaar was er een hele rel rondom het onderwerp. Er kwam naar buiten dat ouders verklaringen moesten tekenen wanneer ze hun kind naar bepaalde orthodox-christelijke scholen wilde sturen, waarin ze aangaven de waarden van de school te onderschrijven. In die verklaringen stond ook dat een homoseksuele levensstijl wordt afgewezen. Toen ik dat hoorde heb ik aangifte gedaan tegen minister Slob, die het laten tekenen van dit soort verklaringen aanvankelijk verdedigde, op een redelijk stuntelige manier. Ik vond dat deze verklaringen in strijd zijn met artikel 1 van de grondwet en heb dus aangifte gedaan op grond van discriminatie. Nadat ik dat gedeeld had werd ik overweldigd met reacties uit verschillende hoeken. Daarbij zat ook een reactie van een meisje die zelf gay is en op zo een school heeft gezeten. Iedereen praat maar over ons en onze situatie, zei zij, maar wie luistert er eigenlijk naar ons? Ik ben toen aan het bellen gegaan en heb heel veel verhalen aangehoord van LHBT’ers die op dit soort scholen gezeten hebben. Er ging een wereld voor me open. Deze situatie is zoveel complexer dan ik aanvankelijk dacht, daar moet ik iets mee doen, dacht ik.
Ik wilde iets ludieks doen, maar het is misschien verstandiger om in gesprek te gaan
Dat komt door de vele vrijheden die we in Nederland hebben, die soms met elkaar kunnen botsen. Het Nederlandse artikel 23 van de grondwet, de vrijheid van onderwijs, is een redelijk unieke wet in Europa. Die wet stelt dat je in Nederland het recht om een school op te zetten in lijn met de eigen levensbeschouwing, en dat die school vervolgens gefinancierd wordt door de overheid. Als die levensbeschouwing homoseksualiteit afkeurt, dan is daar wettelijk gezien dus plek voor op school. Anderzijds hebben we artikel 1 van de grondwet die discriminatie verbiedt, en sinds 2012 een wet die het verplicht stelt om op middelbare scholen les en voorlichting te geven over homoseksualiteit en genderdiversiteit. Die vrijheden botsen met elkaar, en dat maakt het ingewikkeld. Wat het nog ingewikkelder maakt is dat de situatie minder zwart-wit is dan ik aanvankelijk misschien dacht. ‘Waarom kunnen die scholen niet gewoon dicht?’ dacht ik. Maar er zijn tal van jongeren die gay zijn en ook religieus, die helemaal niet willen kiezen. Die zoeken een manier om die twee identiteiten te verenigen. En die scholen hebben óók het beste voor met die leerlingen, willen hen een veilige plek bieden. En bovendien wordt er goed onderwijs gegeven.
Dat ik soms wat verder moet kijken dan mijn neus lang is. Kijk, mijn eerste reactie om direct aangifte te doen en dat publiekelijk te maken was vrij instinctief. Ik ben al langer actief in de LHBT-gemeenschap en vond het gewoon belachelijk dat dit kon. Maar na het maken van de documentaire ben ik me wel gaan afvragen of dat nou de juiste reactie is geweest. Is het slim als we dit allemaal zouden doen? Aangifte doen en stampij maken? We leven in een maatschappij die steeds verder polariseert, waar verschillen worden benadrukt. Terwijl de situaties zelden zwart-wit zijn, en dat geldt hier ook. Ik werd tijdens het maken wel met mijn neus op de feiten gedrukt, namelijk dat ik door mijn instinctieve reactie eigenlijk ook aan die polarisatie bijdroeg. Ik wilde iets ludieks doen, maar het is misschien verstandiger om in gesprek te gaan en toenadering te zoeken.
Hoe meer rolmodellen, hoe makkelijker het hopelijk wordt
Dat was voor mij op een bepaalde manier wel anders dan de bezoeken aan de christelijke scholen vanwege mijn eigen achtergrond. Ik ben zelf Joods, en daardoor heb ik het gevoel misschien iets beter de achtergrond van het Joodse denken te begrijpen. Er is een bepaalde mate van vertrouwdheid als ik daar ben, en toen ik met rabbijn van Dijk van het Cheider sprak. Mijn opa was een Duitse Jood die in de jaren ‘30 naar Nederland vluchtte. Die geschiedenis speelt nog steeds erg in mijn familie, en dus ook bij mij. Die gedeelde geschiedenis zorgt er toch voor dat je iets van herkenning voelt. Anderzijds is het Cheider ook gewoon een orthodox-religieuze school die verder ver van mijn eigen wereld afstaat. Waar ze vinden dat homoseksualiteit als identiteit niet bestaat, maar dat mensen homoseksuele gevoelens hebben, en dat dat iets voor thuis is.
Omdat ik me altijd op een bepaalde manier thuis voel wanneer ik iets voor een Joodse organisatie doe. Je voelt herkenning, er is een soort vertrouwdheid. Er is een gemene deler, dat vind ik interessant. En ik vind het boeiend om te kijken of je samen een beeld kan schetsen van hoe het nu zit binnen die Joodse gemeenschap met de acceptatie. Daarnaast vind ik het een belangrijk gesprek in het kader van de zichtbaarheid van Joodse LHBT’ers. Rolmodellen zijn belangrijk voor jongeren die misschien worstelen met hun identiteit, en ik kan mij voorstellen dat de combinatie van deze twee identiteiten soms schuurt. Hoe meer rolmodellen, hoe makkelijker het hopelijk wordt.
Inmiddels heeft de avond plaatsgevonden! Bekijk hieronder de teaser van de avond. Klik om de roze nesjomme terug te kijken.